Zelfbeheersing is een goede eigenschap en draagt bij aan het onder controle houden van jachtgedrag.
Er zijn verschillende soorten oefeningen. De hond kan zich leren beheersen bij het zien van voer, bal, een hond, niet door de deur heen stormen zodra deze opengaat, e.d. Uiteraard is dit ook gebonden aan de persoonlijkheid van de hond. De ene hond geeft niets om een bal en een andere hond heeft geen belangstelling voor soortgenoten.
In dit filmpje zie je de oefening die zelfbeheersing aanleert bij het aannemen van een voertje.
De essentie is dat als de hond met zijn hoofd naar voren komt om het te pakken, dat het voertje dan verdwijnt = jij trekt je onderarm omhoog. Zodrá de hond zijn hoofd terugtrekt, komt jouw onderarm weer naar beneden om het voertje aan te bieden. Je geeft geen commando’s, gebruikt geen woorden als ‘nee’ of ‘yes/good’.
Jullie zijn een soort ja-knikker: komt de hond omhoog, gaat jouw arm omhoog. Gaat de hond omlaag, gaat jouw arm omlaag. Het is niet perse noodzakelijk dat de hond hierbij zit. Hij kan ook staan.
In het tweede filmpje zie j dat Wieks steeds iets verder naar achteren gaat zitten: hij wordt onzeker. Dat is niet de bedoeling, daarom kom ik dichterbij en geef direct het voertje ook al kwam zijn hoofd nu naar voren.

